Een algemeen bloedonderzoek houdt meestal 2 zaken in: het meten van bloedcellen in “vol” bloed en het meten van eiwitten/vetten/ionen/… (biochemisch onderzoek) in serum. Vol bloed houdt bloed in waaraan een antistollingsmiddel werd toegevoegd, terwijl bij serum er geen antistollingsmiddel werd toegevoegd. Serum is de heldere vloeistof die men verzamelt nadat het bloed gestold en aan hoge snelheid gedraaid werd.
Een bloedonderzoek wordt uitgevoerd om afwijkingen op te sporen die kunnen wijzen op ziekte of aangeven dat bepaalde ingrepen (zoals algemene anesthesie, chirurgie) best worden vermeden. Zo wordt de functie van het beenmerg beoordeeld, nagegaan of de calciumwaarden gestegen zijn (sommige kwaadaardige tumoren zijn in staat om calcium aan de beenderen te onttrekken met spierkrampen, hartritmestoornissen en nierschade tot gevolg). Bloedwaarden worden ook regelmatig nagegaan voor en tijdens behandelingen om zeker te zijn dat er geen complicaties optreden en de behandeling veilig verloopt (zoals tijdens chemotherapie en stralingstherapie, maar ook tijdens behandelingen met ontstekingsremmers, schildkliermedicatie, antibiotica ed).
Bloed wordt afgenomen uit een ader: een fijne naald bevestigd op een spuit wordt in een ader aangebracht en nadat het bloed getrokken is wordt het in bloedbuisjes aangebracht. Deze handelingen nemen gewoonlijk minder dan 5 minuten in beslag.
Men kan het aantal en de kwaliteit van een aantal circulerende bloedcellen beoordelen na bloedafname:
Uw dierenarts kan uit dit bloedonderzoek afleiden of uw huisdier bloedarmoede heeft (een tekort aan rode bloedcellen), een infectie (afwijkende witte bloedcelwaarden), een ontsteking (hoge witte bloedcelwaarden). Kankerpatiënten kunnen over duidelijk gevormde tumoren beschikken, met een perfect normaal bloedcelbeeld. Kankerpatiënten kunnen echter ook kanker ontwikkelen bestaande uit bepaalde bloedcellen, zoals vb bij leukemie/lymfoom/neveneffecten van mastceltumoren. Ten gevolge van neveneffecten veroorzaakt door tumoren, kunnen bepaalde bloedcellen (zoals vb rode bloedcellen) een te lage waarde hebben en dit kan uw dierenarts een aanwijzing geven dat er zich mogelijks een tumor aan het ontwikkelen is en of het al dan niet nodig is om een beenmergpunctie uit te voeren.
Op het serum worden eiwitten en/of hormonen bepaald die de functie van bepaalde organen weergeven, zoals de nieren, de lever, het maagdarmstelsel, schildklier. In het serum kan men eveneens elektrolyten bepalen, zoals natrium, kalium en calcium. Deze waarden kunnen een aanwijzing geven dat er afwijkingen zijn aan bepaalde organen die verder onderzoek vereisen of bepaalde behandelingen niet toelaten.
Bepaalde tumoren kunnen verspreid aanwezig zijn over verschillende organen (zoals lymfomen, bepaalde leukemieën, histiocytaire aandoeningen en mastceltumoren). Gestegen lever- en nierwaarden of veranderingen in eiwitten en elektrolytgehalten betrokken bij het maagdarmstelsel kunnen wijzen op deze tumoren. Ook gevormde (solide) tumoren kunnen zich spreiden over meerdere organen en zo afwijkende waarden van meerdere organen uitlokken. Echter vele patiënten met kanker zullen normale bloedwaarden vertonen. In deze gevallen is verder onderzoek aangewezen via echografie of CT om afwijkingen in organen op te sporen die kunnen aangeprikt en onderzocht worden.
