Er is geen bewijs voorhanden dat chirurgie, staalnames of aspiratie van de tumor een verspreiding van de kanker naar afgelegen organen zal veroorzaken.
Hoewel deze procedures soms kunnen leiden tot het vrijkomen van kankercellen in de bloedbaan, zijn de meeste van deze cellen niet in staat om elders een tumor te vormen. Dit is enkel mogelijk indien ze voordien al het vermogen tot uitzaaien hadden ontwikkeld.
Studies bij mensen tonen aan dat de voordelen van het nemen van een tumorstaal opwegen tegen de risico’s. Zo werd in een studie met 2000 mensen met pancreaskanker aangetoond dat de patiënten waarbij een tumorstaal genomen was om de diagnose te laten vaststellen een beter uiteindelijk resultaat hadden dan de patiënten waarbij dit niet gebeurd was. De auteurs van deze studie stelden dat de informatie die beschikbaar werd via deze procedure waarschijnlijk hielp om sneller de gepaste behandeling te bekomen.
Na een staalname komt het lokaal verspreiden van de tumor in het pad van de naald (langs waar de kankercellen worden verwijderd) zelden voor. Een zorgvuldige planning en een goede chirurgische techniek kunnen de impact hiervan verminderen. Een voorbeeld bij huisdieren is een overgangscelcarcinoom van de blaas, waar verspreiding naar de lichaamswand kan plaatsvinden na chirurgie of, zelden, na aanzuiging van kankercellen via een naald. Zorgvuldige oncologische technieken, zoals het veranderen van chirurgische instrumenten en handschoenen vooraleer de wond te sluiten, kan het verspreidingsrisico verminderen.